DE TOVENAAR VAN TATABANYA PUFT NU IN DE VLIERT
Zelfs bij de twee doelpunten van FC Den Bosch veerden ze nauwelijks op. Honderden Feyenoord-supporters waren gisteravond maar voor één man naar de Vliert gekomen, en níet voor de eenentwintig figuranten van de Bossche FC en tegenstander Dordrecht'90 (2-2). 'Jozsef, Jozsef!!' klonk het bij voortduring bij de rentree van de oud-Feyenoorder in Nederland. Die zelfs twee jaar na zijn afscheid uit de Kuip de stelling logenstraft dat het Rotterdamse legioen import-voetballers maar moeilijk aan de borst drukt.
Wat is het toch dat tientallen Feyenoord-aanhangers al op woensdagochtend - getooid met geïmproviseerde tovenaarshoedjes - door de binnenstad van Den Bosch doet slenteren? Jozsef-toerisme. Een magie die het nieuwe Vliert-stadion gezellig laat vollopen met drieduizend toeschouwers. Doorgaans zijn er amper tweeduizend plaatsen bezet bij de FC van de strenge bovenmeester Kees Zwamborn. Maar door één malle Maygaar waren de tribunes gisteravond beter gevuld dan gemiddeld en was het t-shirt met zijn markante hoofd er de nieuwste carnavalskiel. En dat voor de nummers tien en twaalf van de eerste divisie.
Pas na afloop kreeg Kiprich in de gaten dat er te zijner ere t-shirts waren bedrukt. Hij kreeg er meteen één in zijn handen gedrukt. ,,Wat een lelijkerd, zeg,'' reageerde hij laconiek op zijn tronie.
De 'Tovenaar van Tatabanya' noemen ze hem, met die karakteristieke bult op zijn rug en, voorheen, de wapperende manen. Over Jozsef werd bij Feyenoord slechts in lyriek geschreven. In zijn laatste seizoenen in de Kuip werd zijn voornaam massaal aangeheven. In mei 1995 nam hij afscheid met een lach, een traan en een solo-ereronde na de gewonnen bekerfinale tegen Volendam.
Toen hij onlangs, ruim twee jaar later, als toeschouwer terugkeerde, kreeg hij een grotere ovatie dan Julio Cruz ooit is welgevallen 'op Zuid'.
De Hongaarse antiheld was het idool van de Rotterdamse supporters, hun zondagse huisvriend. En die liefde blijft. ,,Ze komen zelfs bij de training in Den Bosch kijken,'' constateerde hij de laatste dagen, ,,Dat doet me wel goed, ja.''
Maar een volle Vliert, waarvan sommige Bosschenaren al droomden, werd het bij lange na niet tegen Dordrecht'90. Daarvoor is méér nodig dan een aankoop uit het Cypriotische Nicosia, die in mei voor het laatst een volledige wedstrijd speelde. Bij elkaar waren een paar honderd Feyenoorders de Moerdijk overgestoken. Bepaald geen duizenden, een aantal waarover in de euforie van de laatste weken was gesproken.
Dat Legioen(tje) was aanmerkelijker milder in z'n oordeel dan een dag eerder in de eigen Kuip. Toen Arie Haan en zijn aankopen over de hekel werden gehaald vanwege de armzalige vertoning tegen MVV (2-1). En de Hongaar had zijn oude liefde tegen NAC al niet overtuigend gevonden. ,,Waren ze nu nóg minder?'' vraagt hij met grote ogen. ,,Tsjonge...''
Bij de Feyenoord-supporters klonk een etmaal nà MVV-thuis geen kwaad woord over Jozsef, die opmerkelijk fit en met een kortgeknipte haardos ('We worden allemaal ouder') de strijd aanging met de 20-jarige en dus veertien jaar jongere Karsten Myssing, de Deense voorstopper van Dordrecht'90. Hij strooide in de eerste helft met lepe passjes, deed eigenlijk weinig fout, maar werd gaandeweg weinig meer in het spel betrokken. ,,We moeten nog aan elkaar wennen. Zelf kan ik nog veertig procent beter.''

Gemist
Spits zijn op Cyprus, zei Jozsef Kiprich eens, is een crime. Medespelers willen de bal eerst twintig keer raken, een spits kan onderwijl uitgebreid van de zon genieten. Dàt heeft hij eigenlijk 't meest gemist, het snellere, tactische voetbal-van-de-koude-grond. Ook al is hij veel beter gewend dan FC Den Bosch, zijn nieuwe werkgever, gisteravond tegen het sterkere Dordrecht'90 liet zien. Maar de Hongaar is terug en dat vond hij het belangrijkste.
Niet in de Kuip weliswaar, maar in de Vliert, maar dat was even een klein filiaal van Feyenoord. Hoewel, een Rotterdams buitengewest? Telkens als het Hand in hand kameraden werd aangeheven, floten de Bossche supporters. Dat ging hen te ver. Heeft Feyenoord niet al een filiaal in eigen stad, zullen ze hebben geredeneerd. Excelsior, dat op 1 november op Woudestein ook hoopt te profiteren van de Jozsef- hype.

Zenuwachtig
,,Het is toch ongelofelijk,'' reageerde Kiprich, zijn haren nog nat van het douchewater. ,,Ik ben 34 jaar oud, heb veel meegemaakt, maar ik was voor deze eerste wedstrijd echt zenuwachtig.''
Een paar halve kansjes kreeg hij slechts. Omdat de spreekwoordelijke Sliert uit datzelfde stadion - doelman Jan van Grinsven - een hoekschop van Richard Plug knullig voor de voeten van Dirk-Jan Derksen liet stuiteren (1-2), leek FC Den Bosch wel een hogere recette te hebben, maar zonder punten te blijven.
Maar drie minuten voor tijd knalde FC's Anthony Lurling de 2-2 binnen, geholpen door Kiprich die zijn robuuste lichaam slim in de strijd gooide. De meeste Feyenoord-fans bleven zitten, want in hun scenario was slechts één doelpuntenmaker mogelijk. Maar hoe hard ze ook 'Jozsef, Jozsef' riepen - hun held pufte, passte en sleurde, maar een treffer zit er niet in.
Hij had amper een voet op Nederlandse bodem gezet of hij repte al over zijn grote liefde. Eerst de carrière afsluiten in de Vliert, dan de trainerscursus en de dug-out in. Waar? ,,Het liefst bij Feyenoord natuurlijk.'' Waar anders?
Maar eerst nog zeven maanden bij FC Den Bosch, dat hem verloste van de reserverol bij Apoel Nicosia. Vrouw Tunde en de kinderen komen over twee weken naar Brabant. Hun restaurant op Cyprus is verkocht. ,,Met winst, ja daar heb ik goede zaken mee gedaan.''
Want laat Jozsef Kiprich maar schuiven, sleuren en, vooral, puffen.
[Lees ook: Droom nog net verstoord]