Johan Cruyff tracht koppend doelman Jaap Bloem te verschalken. De maestro krijgt geen kans, wat door Niels Overweg met groot genoegen wordt geconstateerd.

WAT 'N GELUKSVOGEL
Het is dat Ruud Gullit Feyenoord gistermiddag op de valreep nog de volle winst bezorgde, anders had er boven dit verhaal gestaan 'Wat een uilskuikens' in plaats van 'Wat een geluksvogels.' Krijgen de Feyenoorders de gelegenheid om een wellicht beslissende gat met PSV en Ajax te slaan, laten ze zich bijna een punt ontfutselen door DS'79. Niks ten kwade van de Dordtenaren - achteraf bezien hadden ze een gelijkspel dik verdiend - maar natuurlijk had Feyenoord in de eerste twintig minuten korte metten moeten maken met zijn tegenstander. 'Als we toen op een achterstand van 3-0 of 4-0 waren gezet, hadden we niks te zeggen gehad', erkende zelfs DS-trainer Hans Dorjee na afloop. Zoveel kansen kreeg Feyenoord in die beginfase. Nadat Peter Houtman in de negende minuut een knap schot de score had geopend, kregen Vermeulen en Cruyff - mede door slordigheden van Lees en Mühren - twee schitterende mogelijkheden om DS'79 een vroege knock out toe te dienen. Maar beiden durfden de verantwoordelijkheid van een schot niet aan. In een misplaatst gevoel van onbaatzuchtigheid probeerden ze de bal voor de voeten van een collega te schuiven die er minder goed voor stond en dus ging het fout. En toen kwam daar in de 23 minuut plotseling de gelijkmaker van DS'79 uit de lucht vallen. Braham kopte de bal naar de volkomen vrijstaande Jaap van der Wiel (waar was Wijnstekers?) en die scoorde vanuit een scherpe hoek 1-1. Het schot van de Dordtenaar was niet hard, maar omdat Hiele te vroeg uitviel, verdween de bal boven hem in het net.

Lichtzinnig
Feyenoord, bij wie men al eerder symptomen van lichtzinnigheid had kunnen waarnemen, wekte in eerste instantie niet de indruk van die gelijkmaker geschrokken te zijn. Maar toen verdere kansen uitbleven, Houtman bij een botsing met doelman Bloem licht geblesseerd raakte en de Dordtenaren steeds brutaler werden, begon er onrust en onzekerheid in de gelederen van de stadionploeg te sluipen. Dat uitte zich met name bij de eerste de beste hoekschop van DS'79 in de 38e minuut. Bij de inswingers van Harry Melis stonden alle Feyenoorders elkaar vragend aan te kijken. Jaap van der Wiel kon de bal ongehinderd op zijn hoofd nemen, maar van niet meer dan een paar meter kopte hij naast. Van Feyenoords suprematie was op dat moment niets meer over. Het hele team zakte als een pudding in elkaar en zelfs Johan Cruyff, die in het eerste kwartier zo goed speelde dat we ons even afvroegen of hij soms mee wil naar Frankrijk, begon te stuntelen als een beginneling. Toen bleek ook plotsklaps dat het Feyenoord-publiek anders is dan het Oranje-legioen. Bij het rustsignaal van scheidsrechter Jan Keizer klonk er een fluitconcert dat weinig goeds beloofde voor de tweede helft. Na de rust verviel Feyenoord van kwaad tot erger. Stafleu, Hoekstra en Van Til - in de rust ingevallen voor Ben Wijnstekers (voetblessure) - raakten geen bal goed, Michel van de Korput durfde niet meer op te komen, zoals in de beginfase, en op de rechtervleugel stond Jeliazkov het als een zoutpilaar aan te zien. Sommige spelers raakten zo met zichzelf in de knoop dat ze rijp leken voor de psychiater. Hoekstra met name werkte zich uit de naad, maar op het beslissende moment liep hij alleen maar in de weg.

Chaos
Trainer Thijs Libregts - op één middag weer een paar jaar ouder geworden - had er na afloop deze verklaring voor: „De chaos na de 1-1 was een gevolg van het gebrek aan discipline. Sommige spelers wilden meer doen dan nodig was. Verdedigers renden onnodig naar voren en liepen zich vast. Maar de grootste fout was dat onze vleugelspitsen naar binnen trokken. In het begin hielden Jeliazkov en Vermeulen de backs van DS'79 aan de zijlijn. Toen konden we via Johan Cruyff en de opkomende Ruud Gullit in het centrum penetreren. Dat 'Jeli' en Pierre toen een passieve rol speelden, vond ik niet zo erg. Als ze het veld breed houden, maken ze zich toch nuttig". Libregts kan best gelijk hebben, maar het is even waar dat Vermeulen en Jeliazkov vanuit het middenveld onvoldoende worden gesteund. Op rechts is Hoekstra geen echte verbindingsspeler en op links ontbreekt het Vermeulen aan een ploegmakker met wie hij een-tweetjes kan maken om aan de achterlijn te komen. Johan Cruyff zoekt steeds de opkomende Gullit. Daardoor vallen sommige Feyenoorders volkomen 'stil' en wordt het spel wel erg voorspelbaar. DS had het niet nodig gevonden Johan Cruyff een speciale bewaker te geven. Trainer Hans Dorjee: „Onze tactiek was erop gericht de diepte af te schermen. Als je op Feyenoord gaat lopen jagen, gaat het tempo omhoog en dat wilden we niet. We wilden juist dat het tempo laag bleef." Zoveel ruimte als Feyenoord in het begin kreeg, kan echter nooit de bedoeling van DS zijn geweest. Dorjee: „Sommige jongens voetbalden voor het eerst in de Kuip en durfden net hun eigen spel te spelen. We bleven te veel hangen, de spitsen werden onvoldoende ondersteund en bovendien maakten Lees en Mühren een paar lelijke foutjes." Naarmate de wedstrijd vorderde en Feyenoord hoe langer hoe meer van de kook raakte, begonnen de Dordtenaren steeds beter te spelen en met een beetje meer slagvaardigheid hadden ze in de tweede helft zelfs een voorsprong kunnen nemen.

Overtreding
Nu werd het vier minuten voor tijd nog 2-1. Spaan beging bij de achterlijn een overtreding tegen Van de Korput, toen deze de bal al te ver voor zich uit had gespeeld. Op advies van grensrechter Draaisma gaf Jan Keizer Feyenoord een vrije schop. Daaruit scoorde Ruud Gullit niet in topvorm, maar wel een van de ijverigste Feyenoorders, zijn zoveelste beslissende doelpunt. Bij de vrije trap van Johan Cruyff stormde hij op het juiste ogenblik nar voren om de bal bij de eerste paal in te koppen, 2-1. Sneu voor DS'79, mazzel voor Feyenoord.